La subordonnée (dat

La subordonnée (dat – omdat)

Quiz

Trouve la bonne réponse ! S'il faut cocher plusieurs réponses, n'hésitons pas : cochons !!! Appuie ensuite à chaque fois sur "Correction" avant de passer à la question suivante !

Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik ben blij dat ik heb geen huiswerk.
2. Ik ben blij dat ik geen huiswerk heb.
3. Ik ben blij dat ik geen huiswerk.
4. Ik ben blij dat ik niet huiswerk heb.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik ben blij omdat ik heb morgen vrijaf.
2. Ik ben blij omdat ik heb vrijaf morgen heb.
3. Ik ben blij omdat ik morgen vrijaf heb.
4. Ik ben blij omdat heb ik morgen vrijaf.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik ben blij want ik morgen vrijaf heb.
2. Ik ben blij want ik heb vrijaf morgen.
3. Ik ben blij want heb ik morgen vrijaf.
4. Ik ben blij want ik heb morgen vrijaf.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Hij heeft me gezegd dat dit meisje een minirok droeg.
2. Hij heeft me gezegd dat dit meisje droeg een minirok.
3. Hij heeft me gezegd dat droeg dit meisje een minirok.
4. Hij heeft me gezegd dat dit meisje een droeg minirok/
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik houd van verjaardagsfeesten omdat ik dan uit mijn vrienden nodig.
2. Ik houd van verjaardagsfeesten omdat ik dan mijn vrienden uitnodig.
3. Ik houd van verjaardagsfeesten omdat nodig ik dan mijn vrienden uit.
4. Ik houd van verjaardagsfeesten omdat ik nodig dan mijn vrienden uit.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik houd niet van familiereünies omdat ik lang aan tafel moet blijven zitten.
2. Ik houd niet van familiereünies omdat ik lang aan tafel blijven zitten moet.
3. Ik houd niet van familiereünies omdat ik lang aan tafel blijven moet zitten.
4. Ik houd niet van familiereünies omdat ik lang aan tafel zitten blijven moet.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik ben moe omdat ik vanmorgen 28 km gefietst heb.
2. Ik ben moe omdat ik vanmorgen 28 km heb gefietst.
3. Ik ben moe omdat ik vanmorgen 28 km gefietst hebben.
4. Ik ben moe omdat ik vanmorgen 28 km fietsen heb.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Omdat het regent te hard, ga ik niet naar buiten
2. Omdat het te hard regent ga ik niet naar buiten.
3. Omdat het te hard regent, ga ik niet naar buiten.
4. Omdat het te hard regent, ik ga niet naar buiten.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Mijn moeder reist niet graag met de boot omdat ze is vaak zeeziek.
2. Mijn moeder reist niet graag met de boot omdat ze vaak zeeziek is.
3. Mijn moeder reist niet graag met de boot omdat ze vaak zeeziek zijn.
4. Mijn moeder reist niet graag met de boot omdat ze vaak is zeeziek.
Quelle(s) phrase(s) est/sont juste(s) ?
1. Ik werk niet goed mee in de klas omdat ik me niet goed concentreren kan.
2. Ik werk niet goed mee in de klas omdat ik me niet goed kan concentreren.
3. Ik werk niet goed mee in de klas omdat ik kan me niet goed concentreren.
4. Ik werk niet goed mee in de klas omdat kan ik me niet goed concentreren.